Mijn oorspronkelijke motivatie om dit boek te schrijven is gestoeld op twee recente ontwikkelingen binnen de medische wereld. Aan de ene kant is er de toegenomen aandacht voor de ontwikkeling van geïndividualiseerde geneesmiddelen, aan de andere kant de toenemende interesse in de invloed van de samenstelling van onze darmflora (het microbioom) op onze gezondheid. Tijdens het schrijven wordt de coronacrisis een bijkomende motivatie.
"The soul needs more space than the body".
Axel Munthe
Over het boek
Over het boek
Als arts worden wij dagelijks geconfronteerd met de broosheid van ons bestaan. Gezondheid is en blijft het hoogste goed. Mensen die op hun gezondheid moeten inleveren zien veel toekomstperspectief verdwijnen. Voor de meeste mensen is gezondheid gelukkig iets vanzelfsprekends.Onze eerste taak als arts is om deze mensen gezond te houden (salutogenese). Naast algemeen gekende adviezen rond levensstijl gebeurt dit door het voorschrijven van een homeopathisch geneesmiddel passend bij de totaliteit van de symptomen van de patiënt.
Dit boek is een terugblik op mijn veertigjarige carrière. De proeflezers van het manuscript, allemaal reeds jarenlang homeopathisch patiënt, melden mij dat zij door het lezen van het boek voor het eerst de manier van denken en werken van de homeopathische geneeskunde begrijpen. Ook zijn zij zéér geboeid door de schets van de homeopathische geneeskunde binnen de maatschappij (dominante consensus, Big Pharma, wettelijke regeling, pers).
"Lijfwacht" is een oproep tot een geïntegreerde geneeskunde en vertegenwoordigt de stem van elke homeopaat in de wereld. In die zin drukt het een politieke en universele boodschap uit. In de eerste plaats geschreven voor de patiënt, is het zeer leesbaar voor de student in de homeopathie en zelfs voor de praktiserende homeopaat.
Het boek is ingedeeld in de volgende hoofdstukken
Hoofdstuk 1
Ontwikkelingen in de moderne geneeskunde
De laatste jaren neemt binnen de klassieke geneeskunde de aan- dacht voor geïndividualiseerde geneesmiddelen meer en meer toe. Dit is een ontwikkeling afwijkend van het one size fits all-principe, waarbij alle patiënten met dezelfde aandoening hetzelfde medicijn krijgen. Daarnaast is er een toenemende belangstelling voor het microbioom. Deze veranderende visies beïnvloeden de manier om naar patiënten en geneesmiddelen te kijken en openen de deur naar nieuwe inzichten. Deze evolutie is toe te juichen en opmerkelijk, zeker als men bedenkt dat de homeopathische geneeskunde al vanaf haar ontstaan met geneesmiddelen werkt die worden voorgeschreven op basis van de individuele symptomen van de patiënt. Ook wordt er al meer dan 80 jaar ingewerkt op verstoringen van het microbioom.
Hoofdstuk 2
Dominante consensus
Het denkkader van het reductionisme wordt in de loop van de 19de eeuw meer en meer de norm binnen de geneeskunde en groeit uit tot de dominante consensus. Het empirisme wordt verlaten met als gevolg een schisma tussen de conventionele en de homeopathische geneeskunde.
Binnen het reductionistisch denkkader is het onderzoek volgens RCT (Randomized Controlled Trial) de meest aangewezen weg om de werking van een geneesmiddel te bewijzen. De door RCT bekomen resultaten worden beschouwd als door evidentie bewezen (E.B.M., afgekort Evidence-Based Medicine). Er zijn meerdere kanttekeningen te plaatsen bij deze manier van onderzoeken, maar kritiek wordt niet aanvaard.
Empirisme zou naast reductionisme weer een meer volwaardige plaats moeten krijgen. Het een sluit het ander niet uit. De ontdekkingen binnen de epigenetica zouden wat dat betreft een brug kunnen slaan.
Hoofdstuk 3
Dagdagelijkse praktijk
De drie basisprincipes waarop de dagdagelijkse homeopathische praktijk is gestoeld komen aan bod: de gelijkheid tussen de symptomen van de patiënt en deze verkregen via geneesmiddelenproeven, de dynamisatie als een specifiek proces van bereiding van homeopathische geneesmiddelen en de individualisatie, waarin de individuele patiënt en niet de ziekte centraal staat.
In het tweede onderdeel leg ik uit hoe je een geneesmiddel inneemt en welk effect het kan hebben. Vervolgens ga ik na wie onze patiënten zijn en waarom ze voor de homeopathische geneeskunde kiezen. Ten slotte beantwoord ik de vraag waarom de zoektocht naar een homeopathisch geneesmiddel zo complex kan zijn.
Hoofdstuk 4
40 anekdotes
Naar aanleiding van mijn veertigjarige loopbaan als arts, haal ik in dit hoofdstuk 40 anekdotes aan uit de dagelijkse praktijk. Een anekdote is niet meer dan een kort onthullend verhaal over een opmerkelijk voorval. Het is de bedoeling om de lezer een inkijk te geven in onze manier van werken. Elke casus schenkt aandacht aan de klacht, een korte beschrijving van de persoonlijkheid van de patiënt, het voorschrift en een toelichting bij het voorgeschreven homeopathisch geneesmiddel.
Hoofdstuk 5
Coronacrisis
Dit hoofdstuk biedt een beknopt overzicht van de verscheidene epidemieën en pandemieën waar de mensheid in de loop van de 20ste eeuw mee te maken heeft gekregen en toont de rol van de homeopathische geneeskunde in de strijd tegen deze ziektes. De meeste aandacht gaat uiteraard naar de huidige coronacrisis en mijn persoonlijke ervaring tot 19 september 2020. Aan de hand van enkele casussen, illustreer ik de bijdrage die homeopathische geneesmidde- len mogelijk geleverd hebben. Ondanks deze bemoedigende resultaten, blijft deze benadering op verzet stuiten.
Hoofdstuk 6
Wet Colla
De zogenaamde Wet Colla, genoemd naar de toenmalige minister van Volksgezondheid Marcel Colla, is een wettelijke regeling in België̈ die het homeopathische veld in kaart brengt en regulariseert. In de jaren 70-80 van de vorige eeuw was er een grote toename van beoefenaars in de complementaire geneeswijzen waaronder de homeopathische geneeskunde. Het vastleggen van een kader waarin deze beoefenaars kunnen opereren, liep echter niet van een leien dakje. Dit hoofdstuk geeft een overzicht van dit moeizame politieke proces.
Hoofdstuk 7
Geschiedenis van de homeopathie
De Duitse arts Samuel Hahnemann is de grondlegger van de homeopathie. Zijn medische methode is gebaseerd op het gelijkheidsprincipe, zoals vermeld door Hippocrates: “Similia Similibus Curentur” of het “gelijke genezen met het gelijkende”. Dit hoofdstuk belicht de ontwikkeling van de homeopathische geneeskunde en richt zich specifiek op de evolutie in België̈, waar het al tijdens het leven van Hahnemann voet aan de grond krijgt. Ook zult u lezen dat ongeloof over de werking van de homeopathische geneesmiddelen niets nieuws onder de zon is. De situatie in enkele andere landen komt ook aan bod.
Hoofdstuk 8
Waarom niet één geneeskunde?
Ik ga dieper in op de reden waarom er volgens mij niet één geneeskunde is en deel mijn eigen ervaringen met de conventionele geneeskunde. In mijn praktijk werk ik in eerste plaats met homeopathische geneesmiddelen. Pas als een gewenst resultaat uitblijft, maak ik gebruik van de conventionele geneeskunde. Ik ben dus geen homeopaat, een benaming die vaak een negatieve bijklank heeft, maar wel “geneesheer met bijkomende kwalificatie in de homeopathische geneeskunde”. De veiligheid van de patiënt primeert en niet het gelijk van de een of andere benadering.
Hoofdstuk 9
De pers
De homeopathische geneeskunde wordt regelmatig negatief afgeschilderd in de pers. Vaak hebben journalisten geen enkele notie van deze manier van werken en stellen ze vragen die de gesprekspartner meteen in de verdediging duwt en geen ruimte creëert voor een diepte-interview. Ik bespreek enkele krantenartikelen en wijs op de vaak bevooroordeelde en soms ronduit vernederende toon die wordt aangeslagen.
Hoofdstuk 10
Patiënten
Dit hoofdstuk is gewijd aan de patiëntenverenigingen die blijvend ijveren voor hun recht op therapeutische vrijheid, met name voor de behandeling met homeopathische geneesmiddelen. De voordelen van de homeopathische geneeskunde voor het inwendige en uitwendige milieu worden aangehaald.
In mijn nawoord pleit ik voor één geïntegreerde geneeskunde die in eerste instantie met homeopathische geneesmiddelen op een zo zacht mogelijke manier het leed van de lijdende mens probeert te verzachten en indien nodig gebruik maakt van het ongelofelijk therapeutisch arsenaal van de conventionele geneeskunde. Ik eindig met een spreuk van Epictetus: “Iedereen wist dat het niet kon, tot er iemand kwam die dat niet wist”. Laat mij degene zijn die het niet wist. Droom ik of droom ik niet?